Duurste scholen nederland
Commerciële scholen winnen snel aan populariteit Commerciële scholen zijn hot. De vraag ernaar groeit, het aanbod wordt breder. Ouders blijken maar al te graag meer te willen betalen voor onderwijs op maat voor hun kinderen. Het kost een paar centen, maar dan heb je ook wat. Een betere typering voor commerciële scholen in Nederland is er niet te bedenken. Voor gemiddeld 16.000 euro per jaar kun je er kennis en vooral aandacht voor je kind kopen. Op de duurste (en oudste) school, instituut Blankestijn in Utrecht, kan dat al ruim 40 jaar. Een compleet vakkenpakket kost er 24.000 euro per schooljaar. Veel geld maar wij zijn dan ook de beste, zegt oprichter en directeur Ad Blankestijn zonder blikken of blozen. En op de vraag wat zijn instituut heeft dat andere scholen niet hebben, antwoordt hij simpelweg: Wij hebben Blankestijn. Kennis en aandacht voor je kind kopen is hot, zo blijkt uit een belronde van deze krant langs zeven commerciële instellingen die voortgezet dagonderwijs aanbieden. De vraag groeit niet alleen, maar verbreedt zich ook. Het gaat allang niet meer alleen om spijtoptanten die zich op een Luzac College laten klaarstomen voor een tweede kansdiploma. De ouders die graag meer betalen voor onderwijs op maat, willen dat nu ook al voor hun brugklaskinderen. Ouders en leerlingen van Blankestijn beamen wat de directeur zegt. De geest van Ad wordt al ervaren tijdens het eerste intakegesprek in de werfkelder van het schoolpand aan de Oudegracht in Utrecht. Blankestijn hoeft alleen maar zoiets te zeggen als jij kijkt helder uit je ogen, ik zie zo dat jij het hier heel goed gaat doen en ouders zien de gezichten van hun in het reguliere onderwijs vaak gedemotiveerd geraakte kinderen oplichten, hoe onwaarschijnlijk dit ook mag klinken. Oud-leerling Pieter (20) vat het bondig samen: Op Blankestijn geloven ze niet alleen dat je het kan, ze zullen het bewijzen ook. De omstandigheden en faciliteiten zijn optimaal, dat moet gezegd. Maximaal zes kinderen per klas, dat is nog eens lesgeven. En minder nakijken, zegt Blankestijn. Lerarenvergaderingen zijn er nauwelijks, oudercontacten des te meer, want leerlingen komen meestal niet naar Blankestijn omdat het van een leien dakje gaat. Als het nodig is, moeten de leraren zelfs in het weekend komen opdraven. Vooral in deze examentijd komt dat voor, de leerlingen worden met alle mogelijke hulp klaargestoomd. Niet zelden doet een leerling twee jaar in één.Neem Maarten (16) die na een tobberige schoolcarrière dit schooljaar op Blankestijn kwam omdat hij moest blijven zitten in havo4 en nu eindexamen vwo gaat doen. Zijn oudere broer Noud heeft ook op Blankestijn gezeten. Jarenlang ging Noud wegens zijn zware dyslexie elke dag per taxi 60 kilometer van huis naar een speciale school, maar hoger dan vmbo wordt op dat soort onderwijs nooit aangeboden. Op Blankestijn lazen ze hem de leerstof voor, vertelt zijn vader. Noud is zo sterk op luisteren gericht, als hem iets wordt verteld dan weet hij het daarna ook. Geen reguliere school zou zulke gerichte hulp kunnen geven. Die moet je kopen. De namen van de jongens zijn veranderd en de vader wil niet met zijn naam in de krant. In de jaren van Den Uyl [jaren zeventig van de vorige eeuw, red.] was het een schande wat wij deden, zegt Blankestijn. Toen hadden we het stigma van een school voor rijkeluiskinderen waar je een diploma kon kopen. Volgens Blankestijn is dat veranderd met de komst van de Luzac Colleges in 1983. De schaal waarop Luzac opereert (18 vestigingen, tot 18 leerlingen per groep) en de veel lagere prijzen (vanaf 12.000 euro per jaar) heeft commercieel onderwijs tot een reële keuzemogelijkheid gemaakt, ook voor de niet-puissant rijken.Je moet het kunnen betalen, dat wel. Maar van de mensen die dat kunnen, zijn er steeds meer die er ook voor kiezen, zegt Rens Koole, een van de twee directeuren van Luzac Colleges. Vaak lukt het met behulp van bijspringende grootouders of een tweede hypotheek op een huis dat flink in waarde is gestegen. Niet minder vaak wordt de opmerking gemaakt: een auto is ook duur. Het is een keuze voor kwaliteit, dat zie je ook in andere dingen, zoals voedsel en medische zorg, zegt Koole. Hij denkt bovendien dat de hoge kosten voor kinderopvang ouders vertrouwd heeft gemaakt met het idee dat het niet raar is om veel geld uit te geven voor je kinderen.Commercieel onderwijs, dat extra duur is wegens de kleinere klassen en meer intensieve begeleiding, wordt in het algemeen geheel uit ouderbijdragen betaald. Het ministerie van Onderwijs heeft geen bezwaren zolang de scholen voldoen aan de bij wet vastgelegde eisen. De Onderwijsinspectie controleert dat ook geregeld. Maar de scholen ontvangen 0,0 cent subsidie. Daar klagen zij niet over, al zou het volgens sommigen wel redelijk zijn als een leerling die het regulier onderwijs verlaat, het geld zou krijgen dat de overheid daarmee uitspaart, 6.400 euro (cijfer 2004). In ieder geval als zon kind nog leerplichtig is. En daar komen er almaar meer van, zeker als het aan Luzac ligt, want dit bedrijf komt komend schooljaar met een voor hen nieuwe activiteit: het Luzac Lyceum, dat commercieel onderwijs gaat aanbieden vanaf de brugklas.In het algemeen geldt dat de commerciële scholen, in de onderwijswereld particuliere scholen genoemd, eigendom zijn van de directie. Instituut Blankestijn is op dit moment nog een stichting met twee bestuursleden, vader en zoon Blankestijn, een formele omzetting van de bedrijfsvorm naar een bv is in voorbereiding. Stebo is onderdeel van een groot concern (voornamelijk uitzendbureaus), er wordt nu een management buy-out voorbereid, waarbij de huidige directie eigenaar wordt. De overige scholen zijn bv's, met de gebruikelijke bedrijfsdoelstellingen: continuïteit en groei. Uitzondering is De Nieuwe School in Amsterdam, een stichting zonder winstoogmerk, opgericht door ouders. Rens Koole van Luzac: Ouders zoeken iets persoonlijks, een school waar de directeur alle kinderen bij naam kent. Dat is niet hetzelfde als ouderwets zoals wel gezegd wordt, want, zegt Koole er werd vroeger niet samen met ouders gekeken naar de aanpak en het onderwijs dat voor hun kind het beste was, zoals wij dat doen. Maar blijkbaar is er grote behoefte aan dit soort onderwijs op maat. De Luzac Lycea hebben volgens Koole voor het nieuwe schooljaar al tientallen aanmeldingen en honderden aanvragen voor alle niveaus ontvangen.Op de meeste commerciële scholen hebben ze de aanmeldingen zien stijgen sinds de invoering van de zogenoemde tweede fase in 2000. Financieel directeur Daan Stekelenburg van de holding van Stebo (3 scholen, 282 leerlingen): Het reguliere onderwijs heeft een goed niveau, maar veel leerlingen vallen uit de boot door te weinig contacturen en een te sterk beroep op de zelfstandigheid. Dit verklaart overigens ook de grote opkomst van commerciële huiswerkinstituten, dikwijls ook behoorlijk aan de prijs.Ondanks de groei van de vraag hebben commerciële scholen weinig belang bij groter worden. De klanten willen juist kleinschaligheid. De scholen zoeken de vernieuwing meer in het aanbieden van extras, zoals tweetalig onderwijs. Alleen Luzac breidt gestaag uit, maar zoekt daarbij vooral naar nieuwe markten (de lycea) en een uitbreiding van locaties. Duur zullen ze blijven, de commerciëlen. En exclusief ook. Wie op Blankestijn naar de ouderavond komt, ziet daar geen gymzaal vol tafeltjes met leraren waarmee je tien minuten mag praten. Aan het water langs de werfkelder word je onthaald op een feestelijke barbecue en krijg je een wijn geschonken die speciaal door een vriend van Blankestijn uit Frankrijk op de Oudegracht is afgeleverd. Er zijn in Nederland achttien commerciële instellingen die voortgezet onderwijs aanbieden. De meeste hebben een of twee vestigingen. Luzac is de uitzondering met achttien Colleges en straks zeven Lycea. Bijna alle scholen bieden voortgezet onderwijs aan op alle niveaus en voor alle klassen vanaf de brugklas. Veel leerlingen stromen pas in de hogere klassen in, nadat zij in het reguliere onderwijs zijn vastgelopen.De prijzen lopen uiteen van 11.500 euro per jaar (Erasmus College) tot 24.000 euro (Instituut Blankestijn). Als leerlingen meer jaren in één doen, gelden meestal aangepaste prijzen. De prijzen hangen verder sterk samen met de maximale groepsgrootte die de school hanteert. Zo zitten er op Blankestijn nooit meer dan 6 leerlingen in een klas, op De Nieuwe School, De Amsterdamse School en Instituut Vrijbergen 10, bij Stebo 12, het Erasmus College 15 en op de Luzac Colleges 18 leerlingen in een klas. De laatste vragen ook meer eigen inzet van leerlingen.Terwijl commerciële scholen hun leerlingen vroeger bijna altijd staatsexamen lieten doen, om alle schijn van subjectiviteit te vermijden (Je kan er een diploma kopen), zijn de meeste inmiddels overgegaan tot het afnemen van een regulier schoolexamen. Dit hangt sterk samen met de goedkeuring die de scholen krijgen bij de geregelde controles door de Onderwijsinspectie.Particuliere basisscholen zijn er ook: de zogenoemde Iederwijs-scholen. In tegenstelling tot de scholen voor voortgezet onderwijs, die vaak supertraditioneel onderwijs geven, gooien deze scholen alle conventies overboord. Hier bepalen kinderen hun eigen leerstof en vullen zij hun eigen tijd in. Op deze scholen bestaan geen klassen en leraren zijn in de eerste plaats begeleiders. Op dit moment zijn er vijftien van zulke scholen die de toets van controle door de Onderwijsinspectie hebben doorstaan. Vijf hiervan bieden ook onderwijs aan oudere kinderen.Het schoolgeld op zo'n school bedraagt tussen de 120 en 225 euro per maand. Dat is lang niet voldoende om de kosten te dekken. De scholen werken dan ook veelal met (professionele) leerkrachten die hun diensten vrijwillig aanbieden. Soms komt iets extras binnen van een sponsor, vaak een ondernemende ouder.